5G en Covid-19
Diverse lezers hebben ons regelmatig de vraag gesteld of er een relatie zou kunnen bestaan tussen de gevoeligheid voor en het beloop van Covid-19 en elektromagnetische straling van 5G-netwerken.
De gangbare opvatting van de meeste deskundigen is dat 5G-straling (in tegenstelling tot ultraviolet licht, Röntgen- en gammastraling) niet ioniserend is en hooguit een thermisch effect op onze weefsels kan hebben; 5G-straling met een lage intensiteit en zonder thermisch effect zou geen nadelige biologische effecten hebben. Voor de meeste autoriteiten is daarmee de kous af.
De Amerikaanse academici en onderzoekers Beverly Rubik* en Robert Brown** hebben in 2021 een uitvoerig literatuuronderzoek gedaan naar honderden peer-reviewed studies van de afgelopen decennia aangaande de nadelige effecten van draadloze communicatie straling, afkomstig van bijvoorbeeld mobiele telefoons, laptops, wifi-routers, radars en 5G-netwerken. Uit hun literatuuronderzoek blijkt onder meer dat straling met een lage intensiteit en zonder thermische effecten wel degelijk nadelige biologische effecten kan hebben, hetgeen vaak door autoriteiten wordt ontkend. Volgens deze onderzoekers kunnen overigens ook uit publicaties van vóór de Tweede Wereldoorlog al nadelige effecten van elektromagnetische straling worden opgemaakt. In hun literatuuronderzoek vonden ze ook overlappingen tussen de pathofysiologie van SARS-CoV-2 en de schadelijke bio-effecten van blootstelling aan straling van draadloze communicatie apparatuur.
In hun publicatie getiteld Evidence for a connection between coronavirus disease-19 and exposure to radiofrequency radiation from wireless communications including 5G hebben zij verschillende mechanismen geïdentificeerd waardoor straling van draadloze communicatiemiddelen mogelijk heeft bijgedragen als een toxische milieucofactor aan de COVID-19-pandemie, een samenvatting van hun bevindingen is weergegeven in Tabel 1. Rubik en Brown concluderen dat deze straling:
Tabel 1. Bio-effecten van blootstelling aan draadloze communicatiestraling (WCR) in relatie tot COVID-19-manifestaties en hun progressie. Bron: https://kanenazori.files.wordpress.com/2021/12/jclintranslres-2021-7-5-666.pdf.
COVID-19 begon in Wuhan (China) in december 2019, kort nadat 5G in de hele stad "live" was gegaan, dat wil zeggen een operationeel systeem was geworden, op 31 oktober 2019. Covid-19-uitbraken volgden snel in andere gebieden waar 5G ook ten minste gedeeltelijk was geïmplementeerd, waaronder Zuid-Korea, Noord-Italië, New York City, Seattle en Zuid-Californië. In mei 2020 rapporteerde Mordachev een statistisch significante correlatie tussen de intensiteit van radiofrequente straling en de mortaliteit door SARS-CoV-2 in 31 landen over de hele wereld. Tijdens de eerste pandemische golf in de Verenigde Staten waren aan COVID-19 toegeschreven gevallen en sterfgevallen statistisch hoger in staten en grote steden met 5G-infrastructuur in vergelijking met staten en steden die deze technologie nog niet hadden.
5G is een protocol dat gebruik zal maken van hoge frequentiebanden en uitgebreide bandbreedtes van het elektromagnetische spectrum in het enorme radiofrequentiebereik van 600 MHz tot bijna 100 GHz, wat onder meer millimetergolven (> 20 GHz) omvat, naast de huidige gebruikte derde generatie (3G) en vierde generatie (4G) microgolfbanden. 5G frequentiespectrum-toewijzingen verschillen van land tot land. De gefocusseerde, gepulseerde straling van het 5G netwerk zal worden uitgezonden door nieuwe basisstations en phased array antennes die dicht bij gebouwen worden geplaatst. Omdat deze hoge frequenties sterk worden geabsorbeerd door de atmosfeer en vooral tijdens regen, is het bereik van een zender beperkt tot 300 meter. Daarom heeft 5G basisstations en antennes nodig die veel dichter bij elkaar staan dan die van de netwerken van oudere generaties. 5G zal 64 tot 256 antennes op korte afstanden gebruiken om vrijwel gelijktijdig een groot aantal apparaten binnen een cel te bedienen. De laatste definitieve 5G-standaard, release 16, is vastgelegd in de 3GPP gepubliceerd Technisch Rapport TR 21.916 en kan worden gedownload van de 3GPP-server op https://www.3gpp.org/specifications. Bovendien zullen satellieten in de ruimte wereldwijd 5G-banden uitzenden om een draadloos wereldwijd web te creëren. Het nieuwe systeem vereist aldus een aanzienlijke verdichting van de 4G-infrastructuur en nieuwe 5G-antennes waardoor de bevolking drastisch meer blootgesteld zal worden aan elektromagnetische straling, zowel binnen in gebouwen als buiten. Ongeveer 100.000 uitzendende satellieten zijn gepland om in een baan om de aarde te worden gelanceerd. Deze infrastructuur zal 's werelds elektromagnetische omgeving tot ongekende niveaus doen stijgen en kan leiden tot onbekende gevolgen voor de hele biosfeer, inclusief de mens. De nieuwe infrastructuur zal de nieuwe 5G-apparaten bedienen, inclusief 5G mobiele telefoons, routers, computers, tablets, zelfrijdende voertuigen, machine- communicatie tussen machines en ‘the Internet of Things’.
Omdat de mens en andere organismen zijn geëvolueerd binnen de extreem lage natuurlijke radiofrequentie-achtergrond van de aarde, is het waarschijnlijk dat organismen het vermogen missen om zich aan te passen aan verhoogde niveaus van de onnatuurlijke straling van draadloze communicatie technologie met digitale modulatie, inclusief korte intense pulsen (bursts).
Voorts zijn er zijn vragen gerezen over 60 GHz, een belangrijke 5G-frequentie die gepland is voor uitgebreid gebruik; 60 GHz is namelijk een resonantiefrequentie van het zuurstofmolecuul en het is plausibel dat er nadelige bio-effecten ontstaan door de absorptie van 60 GHz door zuurstof in ons lichaam. Bovendien vertoont water brede absorptie en resonantiepieken in het GHz-spectrale gebied, er is bijvoorbeeld een absorptie op 2,45 GHz die wordt gebruikt in 4G wifi-routers. Dit roept veiligheidsproblemen op over de GHz-blootstelling van de biosfeer, aangezien veel organismen voornamelijk uit water bestaan.
Niet-thermische bio-effecten (onder de vermogensdichtheid die weefselverhitting veroorzaakt) door zeer lage blootstelling aan straling van draadloze apparatuur zijn gerapporteerd in talrijke peer-reviewed wetenschappelijke publicaties, ook met vermogensdichtheden die onder de blootstellingsrichtlijnen van de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) liggen. Het blijkt dat deze straling op een laag niveau het organisme op alle niveaus kan beïnvloeden, van moleculair tot cellulair, fysiologisch en gedrags- en psychologisch niveau. Voorts zijn systemische, nadelige gezondheidseffecten aangetoond, waaronder verhoogd kankerrisico, endocriene veranderingen, verhoogde vrije-radicalenproductie, deoxyribonucleïnezuur (DNA) schade, veranderingen in het voortplantingssysteem, problemen met leren en geheugen, hoofdpijn en slaapproblemen en neurologische aandoeningen.
Kinderen zijn waarschijnlijk gevoeliger voor dit soort schadelijke effecten, door de grotere gevoeligheid van hun nog ontwikkelende zenuwstelsel, de hypergeleiding van hun hersenweefsel, de grotere penetratie van radiofrequente straling in verhouding tot de grootte van het hoofd en hun potentieel voor een langere blootstelling gedurende de gehele levensduur.
*Beverly Rubik is verbonden aan het Department of Mind-Body Medicine, College of Integrative Medicine and Health Sciences, Saybrook University, Pasadena USA en het Institute for Frontier Science, Oakland USA. **Robert Brown is verbonden aan het Department of Radiology, Hamot Hospital, University of Pittsburgh Medical Center en Radiology Partners, Phoenix USA. Hun bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Journal of Clinical and Translational Research 2021.